© Historisch Documentatiecentrum Marinebedrijven
200 Jaar Marinewerf in Den Helder
Het Marinebedrijf
In 2002 hield de Nieuwe Rijkswerf op als zelfstandig bedrijf binnen de Koninklijke Marine en fuseerde met het
SEWACO-bedrijf en het MEOB/Oegstgeest tot het Marinebedrijf.
Door de samenvoeging streefde Defensie ernaar om de hele instandhouding van
schepen en boten van de marine bij één bedrijf onder te brengen, zowel de
SEWACO systemen als de Platform-systemen.
Het Marinebedrijf was onderdeel van het Ministerie van Defensie en behoorde
bij de Marine.
Het SEWACO-bedrijf bestond van 1996 tot 2002 als een
van de onderhoudsbedrijven van de Koninklijke Marine.
Het bedrijf richtte zich op de instandhouding van het
materieel van met name de Marine, maar werkte ook voor
andere krijgsmachtdelen.
Het bedrijf is ontstaan door samenvoeging van de Bewapeningswerkplaatsen (BW) en het Helderse deel van het
Marine Elektronisch & Optisch Bedrijf (MEOB).
Hiermee werd de uitvoering van werkzaamheden aan marineschepen van alle SEWACO installaties in één bedrijf
ondergebracht.
De SEWACO installaties zijn die installaties die specifiek voor militaire inzet aan boord staan, zoals geschut, militaire radar,
communicatie, geavanceerde sonar en commandosystemen.
Het Marine Elektronisch en Optisch Bedrijf (MEOB) was één van de onderhoudsbedrijven van de Koninklijke Marine,
ontstaan uit een fusie van VRZLI (Verificatie van Rijkszee- en Luchtvaartinstrumenten) (ook wel VERI genoemd) en
het toenmalige MEB (Marine Elektronisch Bedrijf).
Het MEOB had drie, later twee vestigingen: de hoofdvestiging in Oegstgeest en een dochtervestiging in Den Helder,
met aanduidingen MEOB/O en MEOB/H. De derde vestiging in Wassenaar (VERI) werd begin jaren negentig gesloten en
de werkzaamheden overgebracht naar Oegstgeest.
Het bedrijf is rond 1998 gesplitst: de vestiging in Den Helder fuseerde met de Bewapeningswerkplaatsen (BW) tot het
SEWACO-bedrijf. De vestiging in Oegstgeest bleef zelfstandig bestaan.
De werkzaamheden waren op het gebied van de elektronica en optiek,
aanwezig op of in de installaties van de schepen en vliegtuigen en
walinstallaties van de Koninklijke Marine. In Oegstgeest werd vooral revisie,
modificaties en onderhoud van elektronische apparatuur en de behuizing
daarvan uitgevoerd en de voorbereidende fase (ontwerp) voor de schepen
en uitvoerende fase voor de vliegtuigen gedaan.
Door het MEOB in Den Helder werd meer de uitvoerende fase voor alleen
de schepen gedaan, zoals werkzaamheden aan boord zowel tijdens nieuwbouw als in exploitatie.
Het MEOB in Oegstgeest is uiteindelijk in 2002 in een fusie tussen het SEWACO-bedrijf en de Nieuwe Rijkswerf
meegenomen in de samenvoeging tot het Marinebedrijf,
Hiertoe werd er een nieuw complex op de Nieuwe Haven gebouwd voor de huisvesting van de afdelingen uit Oegstgeest.
Het merendeel van de verschillende afdelingen werd ondergebracht in dit complex dat de naam “Gebouw Kaiser” kreeg.
De kerntaken van het Marinebedrijf bestonden uit de instandhouding van vloot gebonden wapen-, communicatie-,en
commandosystemen, en de bevoorrading van materieel.
Hiermee ondersteunde het bedrijf de vier krijgsmachtonderdelen(de Luchtmacht, Landmacht, Marine en Marechaussee)
bij de uitoefening van haar operationele taken, met een sterke nadruk op de Marine.
Bij het Marinebedrijf werd gewerkt aan het onderhoud en de logistiek van fregatten, onderzeeboten en installaties zoals
het APAR radarsysteem, voortstuwingssystemen, communicatieapparatuur, sonar, operationele datalink systemen,
geschut, satellietsystemen (zowel grondstation als installaties aan boord van schepen), commandovoering systemen, enz.
Het bedrijf verrichtte het merendeel van de werkzaamheden in Nederland, maar ook veel in buitenland (vooral voor de
marine), maar ook voor Portugal, Chili, Zuid-Korea, Groot-Brittannië, België en Duitsland, dit vanwege de verkoop van
schepen aan die landen of specialistische kennis van specifieke maritieme systemen, zoals de Goalkeeper.
Het Marinebedrijf is in 2005 ondergebracht bij de Defensie Materieel Organisatie (DMO), samen met o.a. het LCW.
Daarvoor was het onderdeel van de Directie Materieel Koninklijke Marine (DMKM).
Per 1 januari 2012 is het Marinebedrijf teruggebracht onder de Marine, als onderdeel van Commando Zeestrijdkrachten
(CZSK) en valt het bedrijf onder de verantwoordelijkheid van de Directie Materiële Instandhouding (DMI) in Den Helder.